Showing posts with label scatologie. Show all posts
Showing posts with label scatologie. Show all posts

14.7.07

een sterke voorkeur voor poep....

« koude schotel | home | alleen is maar alleen »


...het goede van een weblog -is het goed?- is dat je bewust kan worden van ongewone interesses
een weblog kan een patroon onthullen
een-overmatige-interesse-in-poep-patroon bijvoorbeeld

juist als ik me heb voorgenomen niet meer over poep te schrijven,
het lokt nl. vreemde bezoekers naar je site
juist als ik me heb voorgenomen om niet meer over poep, toiletten, of andere scatologische uitingen te schrijven, staat in de NRC een artikel over de pissebed
ze houden van hun eigen uitwerpselen
het zijn coprofagen, eigen-poep-eters

A. belt
je had toch bezoek?
hij zit te poepen
dat zou ik niet durven
als je bij iemand op bezoek bent, uitgebreid gaan zitten poepen

N. belt
ze heeft Poolse bouwvakkers in huis
ze maken een nieuwe badkamer en wc
of ze de nieuwe wc mogen gebruiken
dat mag niet van N.
ze moeten op de oude wc
dat vind ze vies een Pool op haar nieuwe wc

maar eigenlijk had ik me voorgenomen om niet meer over poep te schrijven...

12.6.07

stallucht

« domweg gelukkig | home | catfight »


Het is een smaakvolle wijn, zegt Indy.
Dat zeg je niet over een wijn, zegt Muriel. Een interieur is smaakvol. Een wijn heeft karakter. Een identiteit.
In de wijnbar vraagt de vinologe waar we zin in hebben. Een Franse of een wijn van de nieuwe wijnlanden.
Ik wil wel een Chileense of een Argentijnse, zegt Indy die goed kan bluffen.
Veel Franse wijnboeren zijn naar de nieuwe wijnlanden gegaan, zegt de vinologe.
We krijgen twee glazen een kleine om te proeven en een grote voor de uiteindelijke keuze.
De wijn is wel erg jong, zegt de vinologe.
Ik laat de nieuwe wijnlanden niet oud worden, zegt de wijnbar mevrouw.
Zijn ze op hout?
Niet op hout.
Dan kan je ze niet oud laten worden.
Ik neem de 10 pagina grote menukaart en begin te bladeren.
Muriel is uitgepraat met de wijnbar-mevrouw en neemt de menukaart uit mijn handen.
Je neemt zomaar de kaart af, zegt Indy.
Oh sorry, zegt Muriel die niet begrijpt waarom ik de wijnkaart wil bestuderen.
Ik was op zoek naar knabbeltjes, zeg ik.
Voor vijf Euro per glas krijgen we toch zeker wel wat knabbeltjes erbij, zegt Muriel en besteld overmoedig een portie olijven en stokbrood met tapenade.
Ze proeft de wijn, eerst de Chileense.
Hij komt uit het zuiden van Chili. Dit is een koude klimaatwijn, zegt ze.
Te veel zon is ook niet goed, zeg ik.
Muriel ruikt aan de wijn, wiebelt het glas en neemt een sipje.
Ze proeft de Argentijnse wijn, nee, die vind ze niks.
Waarom wiebel je met het glas?
Dan komt de smaak beter tot uiting.
Wiebel met mijn glas en houdt het laag bij het pootje vast zoals ik Muriel heb zien doen.
Dat vereist nog enige fijne motoriek, goed wiebelen.
Dat leer je vanzelf, zegt Muriel, probeer het maar eens met links.
Met mijn linkerhand wiebel ik het wijnglas. Is dat wel slim, acrobatiek met alcohol op.
Indy wiebelt haar glas en ruikt aan de wijn.
Dat wiebelen doe je niet bij een etentje?
Nee en ook niet als je met Beatrix zit te eten en dan spuug je de wijn ook niet uit. We zijn nu aan het proeven.
Ik ruik aan de wijn.
De wijn ruikt naar stinkkaas.
Muriel kijkt teleurgesteld. Ze heeft er een half uur over gedaan om de goede wijn uit te kiezen.
Vind je hem niet lekker?
Jawel, maar de wijn ruikt naar poep.
Dat zeg je niet zo Anna, zegt Muriel.
Dat heet stallucht, de wijn ruikt naar aarde.
Maar complimenten, je hebt een goede neus.
Indy kookt. We drinken bij het eten gewone wijn, zegt ze. De dure wijn bewaren we voor later als we weer gaan proeven.
Snuffel aan de wijn. Een bekende geur.
Die parfum-lucht, wat is dat, vraag ik aan Muriel die vinologe is.
Dat is vanille, zegt Muriel, dat komt van het vat, eiken hout of...De vanillegeur is te overheersend bij deze wijn.
Dus je moet als vinologe een uitzonderlijk goede neus hebben vraag ik aan Muriel.
90% van de tijd heb ik er last van, zegt Muriel. Zojuist in de bar, die verflucht. Er was pas geverfd.
We drinken thee na het eten. Muriel snuffelt aan de thee. Ik ruik hibiscus... kersenbloesem.. zit er Chinese thee in? Is het Darjeeling Lupsong?
Weet ik veel, zegt Indy. Het is gewoon thee.

30.12.06

a Johnny on the spot




zondag 31 december 2006 double click on picture to enlarge

scatologie strontfolklore of de neiging om de menselijke uitwerpselen tot komisch onderwerp te maken

Voorbeelden van scatologie uit de laatmiddeleeuwse literatuur zijn Ulenspiegel, het quasi-vertoog ‘Dit es van den scijtstoel’, dat handelt over het vegen van het achterste, en het refrein in het sot ‘Nu segt wie heeft den prijs gewonnen’, dat een wedstrijd winden laten beschrijft die door drie begijnen wordt gehouden. Een voorbeeld van een scatologische ballade over een winden latende non is Anna Bijns' 't Is beter geveesten dan kwalijk gevaren.
In de 17e en 18e eeuw vinden we nog volop scatologische elementen in de kluchten, zoals Jan Vos' De klucht van Oene, en in de poëzie van ‘drekpoëten’ als Mattheus Gansneb Tengnagel.

Hedendaagse scatologie vindt men in het werk van Gerrit Komrij, Wim T. Schippers en G.K. van het Reve.
scatologie

Vijsten (vijst, veest, geveest) of veesten (veest, veestte, geveesten) zijn synoniem. De woorden vijsten en veesten geven aan dat er een wind(je) of een scheet wordt gelaten. De scheet is lawaaiig, terwijl de veest eerder een geluidloze buikwind is.
In de tweede helft van de twintigste eeuw is uit het Bargoens de term ruft het Nederlands binnen gedrongen. Dit woord heeft innige banden met het aloude rucht voor herrie dat we terugzien in luidruchtig en gerucht. De ruft wordt even onwelvoeglijk geacht als de scheet, althans taalkundig gezien. Kortom, het is hoog tijd om de veest en de vijst weer te gaan gebruiken - andermaal vooral taalkundig.

De veest of scheet als onderwerp in de literatuur heet als stijlfiguur scatologie. Het is in de late middeleeuwen heel populair. Ook in de zeventiende en achttiende eeuw werd er nog volop van genoten. In de moderne literatuur springen vooral Herman Brusselmans en Gerard van het Reve in het oog met hun uitweidingen over de lossing van gassen uit de darmen.
Een voorbeeld van scatologie is te vinden in de Refreynen int sot amoureus wijs van Jan van Doesborch uit 1525 of daaromtrent. Daarin wordt een wedstrijd beschreven die begijnen nabij Antwerpen houden in het winden laten. Wie heeft de hardste veest, wie komt het verst met zijn vijst?

Doen sprac daer een baghine: ic sal gaen hucken,
Elck sie wel toe, ick gae beghinnen,
En si veest den glasen venstren in stucken.
Doe ghincker een ander haer slippen op rucken
En blies tegen stroom tot balen een schuyte.
Tis haest ghecomen alst wil ghelucken,
Sprack doe die derde ende heet luyte,
En veest al die spinrocken ten roockgat wte
So dat si vander nacht niet meer en sponnen.
Nv segt mi wie heeft den prijs ghewonnen
vijst

Van Mozart wordt beweerd dat hij scatologische neigingen had. Zo noemde hij in 1782 een van z’n composities Leck mich im Arsch en een ander Leck mir am Arsch fein recht. De stukken hebben nummer 231 en 233 in de Köchel Verzeichnis. En er zijn meer liederen die getuigen van een scatologische voorkeur.
leck mich im arsch

Kakkers zijn kleine beeldjes die hun oorsprong vinden in een oude traditie uit Catalonië.
Dit figuurtje maakt deel uit van het "Natividad" feest, bij ons beter bekend als het Kerstfeest. De achterliggende gedachte bij dit figuurtje brengt de mens terug bij de basis idee dat van alles wat de natuur geeft, ook aan de natuur moet worden teruggegeven. Deze gift aan de natuur werd beschouwd als een vorm van wedergeboorte want de mest garandeerde aan de eigenaar van de grond een jaar vruchtbare grond en bijgevolg een voorspoedige oogst. Het werd dan ook als een eer en een zegen beschouwd als iemand die "grote boodschap" op zijn land achterliet. Mest was in die vroege tijden een uiterst belangrijke en kostbare grondstof die de eigenaar een voorspoedige oogst en bijgevolg rijkdom en weelde garandeerde.
kakker

Tot slot Komrij's boek Kakafonie, een encyclopedische verhandeling over alle aspecten van de scatologie, ofwel in zijn eigen woorden: Vroeger of later moet iedereen in het reine komen met zijn eigen stront.

Al sinds de eerste interviews die op de grens van de jaren zestig en zeventig met de jonge dichter Gerrit Komrij werden gehouden duikt het op: Het Grote Strontboek, waarin de beste, mooiste en meest humoristische teksten zijn samengebracht op het gebied van de scatalogie, 'de idyllen van de achterpoort', in het vocabulaire van de jonge dichter. Vijfendertig jaar later is het werkelijk zover: bij De Bezige Bij verschijnt Kakafonie. Encyclopedie van de stront, een verzameling van scatologische teksten, gedichten, lijsten, kwinkslagen en literair-wetenschappelijke verhandelingen uit alle tijden en alle talen, bijeengebracht door Gerrit Komrij zelf, de beste bloemlezer van het vaderland. Het resultaat is een machtig drukwerk dat op geen enkel toilet mag ontbreken.
kakafonie

zaterdag 30 december 2006

21.12.06

olifanten poep verpakt in krantenpapier



Karm Mag
Straatkinderproject in New Delhi India
New Dellhi Hauptbahnhof, een ontmoetingsplek voor straatkinderen uit heel India. Ze zoeken vrijheid van huiselijk, vaak sexueel geweld.
Terwijl de kinderen op straat en op station-perrons leven, proberen ze de dag door te komen door lompen te verzamelen, flesjes water en noten te verkopen, schoenen te poetsen, te bedelen of toeristen aanbieden hun koffers te slepen.
Het Karm Marg centrum wil deze kinderen een leven en meer liefde en zorg bieden. Ze bieden onderwijs, medische verzorging, voedsel, spel, een beroepsopleiding en nog veel meer.

Om het project te bekostigen maken de kinderen boodschappen-tasjes van krantenpapier, wenskaarten met eigen tekeningen en andere low-cost produkten die kunnen verkopen.

De verkoopster van de papier-winkel gebruikt als verpakking deze tasjes om het project te steunen.
Nu heb ik olifanten poep papier verpakt in een krantenpapier-tasje gemaakt door straatkinderen uit New Delhi

De televisie staat deze week aan op 3 FM, het glazen huis op de Neude in Utrecht, steun de slachtoffers van landmijnen

ethic art
papierwinkel
donderdag 21 december 2006

20.12.06

olifanten poep papier

soms doe je per ongeluk iets goeds
vaak niet
je zou bij elke hap rijst een bukkende rug voor je moeten zien
bedenken dat een korreltje rijst een plantje is geweest
door iemand in de grond gestoken
voeten in het water
daar denk ik niet bij na niet altijd
niet bij elke hap
en waarom is de Ikea zo goedkoop
en is de voetbal die ik koop voor mijn neefje in elkaar genaaid door een kindje dat zelf ook wel overdag zou willen voetballen
en rieten mandjes die springen niet vanzelf in elkaar daar zijn handen voor nodig die buigen en vormen
daar denk ik niet bij na niet altijd
vandaag heb ik per ongeluk iets goeds gedaan
in de papierwinkel
dat is bijzonder, wat je nu in je handen hebt, zegt de verkoopster
dat is papier gemaakt van olifanten-poep
nee natuurlijk ruikt het niet meer, zegt ze
vandaag heb ik olifanten-papier gekocht
fair trade


Elephant Dung Paper
handgeschept papier gemaakt van olifanten-poep
van de schoon gemaakte poep wordt papier gemaakt
de eerlijke handel geeft Indische gezinnen een betere toekomst


woensdag 20 december 2006

Older Posts

Label Cloud

Search

© no picture please