Carnaval in Maastricht 2008
« cognac-glazen kopen... | no picture please | zin in zout... »
Met in de ene hand flessen voor de glasbak en in de andere hand een belangrijke brief, kom ik de mevrouw met het hondje tegen. Ze ziet me. Ze wil wat zeggen. Rechts is het mileu-perron. Links is de brievenbus.
De mevrouw staat er precies tussen in. Ik groet haar en loop naar de glasbak.
Ze loopt verder met haar hondje. Op weg naar de brievenbus spreekt ze me aan.
Ik zeg, gaat u niet naar de optocht kijken?
Dat kan toch niet, zegt de mevrouw. Ik ben 84. Dat kan jij je niet voorstellen. Je weet niet hoe het is om 84 te zijn.
Toen ik 60 was, toen kon ik nog alles. Nu niet meer. Ik heb overal last van.
Slikt u veel pillen, zeg ik.
Heel veel, zegt de mevrouw. Vroeger. Vroeger toen deed ik meditatie en...
En toen was u nooit ziek?
Dan noemde ze je een heks, als je dat deed. Nu slik ik pillen. Dat moet van de dokter. Preventief. Het hart.
Maar weet je wat het is. In het ziekenhuis hebben ze me pillen gegeven, die kan ik niet doorslikken. Als ik er wat van zeg vinden ze me lastig. Ze willen liever geen patienten die vragen stellen. De bijwerkingen van de medicijnen, die zijn zo erg. Wat moet ik doen.
Niet slikken, zeg ik.
Ik kan niet goed meer lopen. Ik durf de stoep niet meer af. Hoe heet die ziekte als je de stoep niet meer af durft?
Ik zeg dat ik dat niet weet.
Ik kreeg pillen, zegt de mevrouw. Tegen de ziekte als je de stoep niet meer af durft.
Maar wat moet ik nu doen met die pillen die te groot zijn?
Gewoon niet slikken, zeg ik. Vraag het aan uw huisarts, die weet het toch wel.
De mevrouw is teveel in de war. Ze is bang van het ziekenhuis en van haar huisarts en ziet overal complotten.
Ze is 84. Ze slikt veel te veel medicijnen. Het ziekenhuis vind haar lastig.
Ik kan haar niet helpen.
Anna