12.6.07

stallucht

« domweg gelukkig | home | catfight »


Het is een smaakvolle wijn, zegt Indy.
Dat zeg je niet over een wijn, zegt Muriel. Een interieur is smaakvol. Een wijn heeft karakter. Een identiteit.
In de wijnbar vraagt de vinologe waar we zin in hebben. Een Franse of een wijn van de nieuwe wijnlanden.
Ik wil wel een Chileense of een Argentijnse, zegt Indy die goed kan bluffen.
Veel Franse wijnboeren zijn naar de nieuwe wijnlanden gegaan, zegt de vinologe.
We krijgen twee glazen een kleine om te proeven en een grote voor de uiteindelijke keuze.
De wijn is wel erg jong, zegt de vinologe.
Ik laat de nieuwe wijnlanden niet oud worden, zegt de wijnbar mevrouw.
Zijn ze op hout?
Niet op hout.
Dan kan je ze niet oud laten worden.
Ik neem de 10 pagina grote menukaart en begin te bladeren.
Muriel is uitgepraat met de wijnbar-mevrouw en neemt de menukaart uit mijn handen.
Je neemt zomaar de kaart af, zegt Indy.
Oh sorry, zegt Muriel die niet begrijpt waarom ik de wijnkaart wil bestuderen.
Ik was op zoek naar knabbeltjes, zeg ik.
Voor vijf Euro per glas krijgen we toch zeker wel wat knabbeltjes erbij, zegt Muriel en besteld overmoedig een portie olijven en stokbrood met tapenade.
Ze proeft de wijn, eerst de Chileense.
Hij komt uit het zuiden van Chili. Dit is een koude klimaatwijn, zegt ze.
Te veel zon is ook niet goed, zeg ik.
Muriel ruikt aan de wijn, wiebelt het glas en neemt een sipje.
Ze proeft de Argentijnse wijn, nee, die vind ze niks.
Waarom wiebel je met het glas?
Dan komt de smaak beter tot uiting.
Wiebel met mijn glas en houdt het laag bij het pootje vast zoals ik Muriel heb zien doen.
Dat vereist nog enige fijne motoriek, goed wiebelen.
Dat leer je vanzelf, zegt Muriel, probeer het maar eens met links.
Met mijn linkerhand wiebel ik het wijnglas. Is dat wel slim, acrobatiek met alcohol op.
Indy wiebelt haar glas en ruikt aan de wijn.
Dat wiebelen doe je niet bij een etentje?
Nee en ook niet als je met Beatrix zit te eten en dan spuug je de wijn ook niet uit. We zijn nu aan het proeven.
Ik ruik aan de wijn.
De wijn ruikt naar stinkkaas.
Muriel kijkt teleurgesteld. Ze heeft er een half uur over gedaan om de goede wijn uit te kiezen.
Vind je hem niet lekker?
Jawel, maar de wijn ruikt naar poep.
Dat zeg je niet zo Anna, zegt Muriel.
Dat heet stallucht, de wijn ruikt naar aarde.
Maar complimenten, je hebt een goede neus.
Indy kookt. We drinken bij het eten gewone wijn, zegt ze. De dure wijn bewaren we voor later als we weer gaan proeven.
Snuffel aan de wijn. Een bekende geur.
Die parfum-lucht, wat is dat, vraag ik aan Muriel die vinologe is.
Dat is vanille, zegt Muriel, dat komt van het vat, eiken hout of...De vanillegeur is te overheersend bij deze wijn.
Dus je moet als vinologe een uitzonderlijk goede neus hebben vraag ik aan Muriel.
90% van de tijd heb ik er last van, zegt Muriel. Zojuist in de bar, die verflucht. Er was pas geverfd.
We drinken thee na het eten. Muriel snuffelt aan de thee. Ik ruik hibiscus... kersenbloesem.. zit er Chinese thee in? Is het Darjeeling Lupsong?
Weet ik veel, zegt Indy. Het is gewoon thee.

Older Post Newer Post

Label Cloud

Search

© no picture please