zo moeilijk kan dat niet zijn
De glazige blik in de ogen van de man achter de balie verraden hem. Als je oplet tenminste. Een kopietje maken. Hoe moeilijk kan dat zijn.
Zegt u het maar, zegt de man alsof zijn zaak meer te bieden heeft dan copy-service.
Een kopie alstublieft, zeg ik. Voor komkommers hoef ik hier niet te zijn.
Wat voor iets, vraagt de man.
Een kopie, zeg ik van dit bestand, het is 41 centimeter bij 25 centimeter. Op mat papier graag.
Eenenveertig centimeter, herhaald de man en kijkt me totaal hulpeloos aan.
Heb niks in de gaten. Een kopietje maken hoe moeilijk kan dat zijn.
De man probeert het bestand te openen in de computer. Minuten gaan voorbij.
Het lukt niet. Het zijn er twee, zegt hij.
Een TIFF en een JPEG, dat zijn de meest gangbare bestanden. Hoe krijgen jullie ze meestal aangeleverd?
Weer die blik. Weet ik niet, zegt de man.
Hij blijft naar de computer staren.
Ik heb de bestanden ook op USB-stick, zeg ik. Toch een klein voorgevoel wellicht.
De man geeft het op. Dat moet ik vragen, zegt hij.
De bazin levert een gevecht met de kassa en de bonnen-printer. Ondertussen belt ze met de boekhouder. Zuchtend steekt ze de USB-stick in de computer en maakt een printje.
Je moet even wachten, zegt ze, het apparaat is nog niet opgewarmd.
Ik lees de Story. Het blad ligt op het plastic bijzet-tafeltje dat tussen de twee wacht-fauteuilles staat.
Bompa Pfaff is overleden. Voor het eerst in jaren deze week geen opnames van de real life soap van keeper Pfaff en zijn gezin.
Tis klaar, zegt de man en legt een nog warm A-vier-printje op de balie.
A-vier dat is te klein. Het bestand is 41 centimeter bij 25 centimeter. Dit is veel te klein.
De ogen van de man lopen vol. Hij kijkt en geeft gewoon geen antwoord meer.
De bazin is aan de telefoon en ondertussen rollen er facturen uit de printer. Niet naar haar tevredenheid.
Kan je een andere keer terug komen, zegt de man.
Is het niet goed, vraagt de bazin.
Ik leg het probleem uit.
Dat heeft mij niemand gezegd, zegt de vrouw. Dat had je moeten zeggen dat je het niet op A-vier wou. Ik dacht dat je het op A-vier wou.
Dat kan niet op die printer en de andere printer staat nog niet aan. Die moet ik eerst aanzetten en kom maar vanmiddag terug. Op het eind van de middag. Dat wil iedereen wel, snel even tussendoor. Dat kan nergens in de stad. Ik heb vaste klanten en die willen ook geholpen worden. Dat had je wel eens mogen zeggen op welk formaat je het wou.
Ik maak een vaag gebaar naar de zwijgende man. Aan hem heb ik de juiste informatie gegeven.
Aan hem, zegt de vrouw, dat heeft toch geen zin. Hij werkt hier pas. Hij weet toch niks. Schrijf haar telefoonnummer op, zegt ze tegen de katatonische man.
Eind van de middag kan je komen.
Eind van de middag is te laat, zeg ik. Laat maar. Het is goed zo.
Denk maar niet dat je het hier in de stad sneller geprint krijgt. Daar zit levertijd op. Zeker een dag.
Ik dacht, zeg ik zacht. Ik dacht dat het wel even tussendoor kon.
Om drie uur dan. Kom om kwart na drie dan maar terug, zegt de vrouw.
Je telefoonnummer..... zegt de man met de slappe gezicht-spieren en natte ogen.
Leontien Borsato voelt zich vaak in de steek gelaten, roept de Story vanaf de cover.
Ook gewone dingen kunnen moeilijk zijn Leontien.
Om drie uur sta ik bij de copy-shop. De print is klaar. Heb er nog veel werk aan gehad om hem op 48 centimeter te krijgen, zegt de bazin.
48 centimeter. 48 centimeter. Dat klopt niet. De afmeting is 41 centimeter. Hoe kan dat nou?
Dat weet ik ook niet zegt de bazin. En ik ga het ook niet opnieuw doen. Dat is altijd met die Mac's en die Apple's ook. Ik zou je eigenlijk het dubbele moeten tellen zoveel werk heb ik eraan gehad.
Het is 41 centimeter, zegt ik. Gewoon één op één een kopietje maken.
Meet het thuis nog maar eens na, zegt de vrouw, misschien is het wel goed. En de volgende keer moet je maar komen als je meer tijd hebt. Dan kunnen we uitzoeken wat je fout doet.